Casino Royale (2006)

Wat heeft Daniel Craig ze toch allemaal een poepje doen ruiken. Ok, craignotbond.com bestaat nog altijd blijkbaar, maar denk toch dat hij veel minder volgers heeft ondertussen. Craig is niet Sean Connery, Roger Moore, George Lazenby, Timothy Dalton of Pierce Brosnan maar laat dat nu net de reden zijn dat deze franchise al zo lang succesvol is : ze tonen het elk op hun eigen manier, maar de Bondbasis is er zeker wel in elk van de interpretaties. Ok, Craig’s Bond staat het verst af van Roger Moore waarschijnlijk. Ik kan Roger Moore niet de rol zien spelen zoals Craig het deed. Maar toen waren de films ook een meer grappige kant ingeslagen (al was Live and Let Die misschien toch nog wel redelijk serieus en probeerden ze dit nog eens later in For Your Eyes Only.) Als ze mij dan ook vragen welke Bondfilm je de beste vindt, ik het altijd de film geef per Bondacteur. Ik vind dat je “Casino Royale” en “Goldfinger” bijvoorbeeld niet met elkaar kan vergelijken, maar het zijn wel mijn favorieten van resp. Connery en Craig.
Want wat een openingsfilm was dit voor Craig! Voor de allerlaatste keer kunnen ze een Fleming titel gebruiken en zijn boek bijgevolg zo nauw mogelijk volgen. Ze hadden nu eindelijk na zoveel jaar de rechten om het te doen, dus het zou nogal dom geweest zijn om dan zijn verhaal links te laten liggen. Ze hebben het natuurlijk wel uitgebreid. Zo zien we Bond zijn eerste twee moorden in het zwart-wit in het begin van de film. Toegegeven, ik vond het gevecht in het toilet te arty-farty gefilmd met de extra gritter erop en het was voor mij iets te flitsend gefilmd. Even had ik schrik dat alle actiescenes zo gingen zijn, maar dat was gelukkig ongegrond. Ze wilden veronderstel ik laten zien dat het nog niet zo gemakkelijk gaat met Bond omdat hij nog geen ervaring heeft, en op dat punt tonen ze wel dat de afrekening niet zo van een leien dakje gaat.
Vervolgens komt er een knappe achtervolging te voet waarna ik direct wist “dit komt goed met die Daniel”. De freerunner gaat bijna met de intro lopen eigenlijk, maar gelukkig laten ze Bond ook wat straffe dingen er in doen. Vervolgens zien we een scene met M. Het is totaal onlogisch dat Judi Dench nog altijd M is maar wie ligt daar wakker van? Ze is alleen maar gegroeid in de rol en de scene in in haar appartement is er boenk op. De actiescene op het vliegveld heeft een fantastische opbouw, en een even leuke afloop. De scenes in het casino is eigenlijk waar het oorspronkelijke boek begint. Dit had een saaie lange bedoeling kunnen zijn maar ze hebben dit meesterlijk opgelost met het vergiftigen van Bond en de actiescene op de trap. Mads Mikkelsen is bovendien voortreffelijk als Le Chiffre. Het is ook moedig om de martelscene met een naakte Bond op een stoel gebleven is zoals in het boek. Zelfs de kleine anticlimax toch (laten we eerlijk zijn) met Mr White die hem komt redden nemen we er bij en is ook zoals in het boek.
Tegen dan zijn we het al eens dat Craig en Eva Green waarschijnlijk één van de beste chemie samen hebben in een Bondfilm ooit. Dat moest wel, want het moest overtuigend zijn dat Bond de geheime dienst ging verlaten omwille van haar, en als ze dan op het einde sterft, moet het ook duidelijk zijn dat het Bond veranderd heeft en zich nooit meer eeuwig zal binden met een vrouw. (Hij maakt nog één keer die fout, trouwt zelfs, maar weer sterft zijn vrouw… we spreken dan On her mayesty’s secret service.) De scenes in Venetië lijken oprecht de gelukkigste momenten van James Bond. De reactie dat hij haar niet kan redden is één van de beste acteermomenten van een Bond acteur in eender welke Bondfilm.
De finale van een Bondfilm is altijd een “hit or miss” affaire. Casino Royale en het zinkende huis is misschien niet de grootste actiescene, maar het is heel geloofwaardig in beeld gebracht, en ze slagen er in om het slecht aflopen met Vesper toch wat om te draaien door Bond wraak te laten nemen op Mr White (nochtans heeft hij zijn leven gered, maar hij is de enige die hem kan linken met de organisatie achter alles. Dat blijkt dan in de loop van de volgende films uiteindelijk Spectre te zijn). En dan blaast de muziek eindelijk de James Bond tune, na zich heel de film te moeten inhouden. David Arnold deed dat goed, af en toe een glimp van Bondmuziek laten doorschemeren en pas dan full monty te gaan.
En daarmee heeft Martin Campbell voor de tweede keer succesvol een Bond geïntroduceerd. Naar eigen zeggen hebben ze hem sinds Goldeneye voor elke film opnieuw gevraagd. Hij had zoiets van “been there, done that” maar omdat Craig’s Bond zo anders was als Brosnan’s Bond wou hij er toch nog eens voor gaan. Goldeneye is ook mijn favoriete Brosnan film, dus hij mag zeker trots zijn op zichzelf. Jammer genoeg wou hij niet doorgaan. Quantum of Solace was het directe vervolg hierop, maar die regisseur was niet bekwaam genoeg om de stijl van Casino Royale te volgen en ging voor een rommelende beeldvorming (zoals de Bourne films) maar dat is niet iets waar de Bondfan op zat te wachten. Bovendien was er een schrijversstaking, waardoor ze zaken ter plaatse moesten bedenken. Zo jammer dus dat die film het verhaal niet even goed kon afronden. Maar wat Casino Royale betreft : dat is genieten. Fleming mag tevreden zijn. (*)