Oppenheimer (2023)

“Dan maken ze een film over de atoombom en dan zie je niet ineens ontploffen op Hiroshima. Teleurstellend.” Dat was een reactie die ik soms gehoord heb op deze film. Maar dat is zo onterecht. De film noemt “Oppenheimer” en niet “The destruction of Hiroshima”. Als je dat wil zien, er zijn opnames van, dat kan je zo op internet vinden. Bovendien, we zien tijdens de film wel de testontploffing van Trinity in de US. Ik sta dus achter de keuze van Nolan om de echte ontploffing off-screen te laten.

Ik moet zeggen dat ik er zelf ook niet zo gerust in was, of ik de film zou kunnen smaken. De lange speelduur, de vele personages, misschien te veel “gepraat”, en de regisseur kennende hoe hij met tijd graag speelt…  alhoewel ik Dunkirk een machtige film vind, vond ik het eigenlijk onnodig voor dat verhaal. Ik vond het dan wel weer subliem in Memento. Over Tenet kan ik niet spreken want die film heb ik nog niet gezien.

Ik denk dat het in deze film echter wel goed uitdraait. Moest Nolan het echt chronologisch verteld hebben dan zou de ondervraging van Oppenheimer te lang duren. Ik vind ook dat hij niet te veel springt en dat het wel duidelijk is naar waar je springt, omdat het dikwijls volgt op een uitspraak die hij tijdens die ondervraging doet. En grotendeels is het wél chronologisch, er is enkel een kapstok waar Nolan af en toe naar terugspringt : de reeds vermelde ondervraging van Oppenheimer in 1954 (en die vier weken duurder), en de al dan niet aanstelling van Strauss (Robert Downey Jr) in de regering.  De lange speelduur… ik moet toegeven dat ik de film als een miniserie heb gezien van drie afleveringen, dus ik kan er niet 100% over oordelen, maar elke keer dat ik stopte wou ik eigenlijk verder kijken. Ik was de film zeker nog niet beu na telkens een uurtje.  De angst voor te veel “gepraat” (iets wat Mank bijvoorbeeld wel had) was ook ongegrond. Het had heel gemakkelijk gekund maar Nolan verdient écht de Oscar voor beste regisseur omwille van het feit dat er, ja , veel gepraat wordt maar dat het nooit langdradig wordt. Er is genoeg afwisseling in en het is altijd boeiend genoeg. Toegegeven, op één bepaald moment wist ik eigenlijk niet goed wat er nu juist gaande is en waarom Oppenheimer een bekentenis doet hierover (het Chevalier incident), maar ik denk dat het eerder komt omdat Amerikanen misschien sowieso wel meer op de hoogte zijn daarvan terwijl wij er nog nooit van gehoord hebben. Je kan het opzoeken https://en.wikipedia.org/wiki/Oppenheimer_security_hearing). Het ging eigenlijk, in de film, over het gesprek dat Oppenheimer had in de keuken en waarbij hem gesuggereerd werd dat hij technische info naar de communisten zou kunnen doorsluizen als hij dat zou willen. Hij weigerde dit maar rapporteerde dit pas maanden later.

Daar gaat de film dan ook grotendeels over : Oppenheimer had contacten en sympathiën met het communisme, maar hij was ook een Amerikaanse patriot, die later onrecht werd aangedaan door zijn secutity clearance in te trekken. Daardoor kon hij zijn werk als wetenschapper niet verder zetten. Dit is allemaal wel rechtgezet nog veel later, en het intrekken van die security clearance is zef geannuleerd, alsof het nooit bestaan heeft. Verder gaat het ook over zijn gewetensvragen achteraf. De scene met president Truman zet dit heel goed in de verf. Het is waar dat Truman zelf de beslissing genomen heeft en eigenlijk het bloed aan zijn handen heeft, maar als Oppenheimer de atoombom niet had uitgevonden, was het nooit gebeurd.  De film noemt dus echt terecht “Oppenheimer”.

De film toont echter ook veel over het Los Alomos project , en de uiteindelijke testoplossing is ongelooflijk spannend in beeld gebracht. Straf hoe dat kan, want je weet dat het niet gaat mislopen. Ik denk dat de muziek er voor iets tussen zit, want die is grandioos (Ludwig Göransson klinkt heel Zimmerachtig maar kan er toch zijn eigen touch aan geven.)

Zonder twijfel zal Cillian Murphy de erkenning krijgen met een oscar, zeer terecht. Hoe hij van zelfzeker persoon verzinkt in de twjifels of hij wel het juiste gedaan heeft, samen met de knappe beeldregie, komt zeer goed over en je kan je wel voorstellen dat zijn initiële enhousiaste reactie “jammer dat we het niet tegen de nazi’s gebruikt hebben”  omslaat in “wat hebben we toch gedaan, de wereld zal er nooit meer hetzelfde uitzien”. Zeker in de huidige toestand waarin we ons bevinden is dat een terechte gedachte. Langs de ene kant, als er geen nucleaire wapens waren geweest, hadden we nu misschien al een wereldoorlog gehad. De enige reden waarom er geen internationale soldaten in Oekraïne zijn, is dat we geen reden willen geven aan Poutin om de nucleaire wapens te gebruiken. Maar het is en blijft een zot feit dat we meer dan één keer de wereld kunnen vernietigen met het aantal nucleaire wapens dat we hebben. En dan spreek ik nog niet over Noord Korea…   Het onderwerp is dus zeker actueel genoeg. Moest Oppenheimer nu nog leven, hij zou zich nog slechter voelen denk ik.

Robert Downey Jr is ook heel goed in zijn rol, het is fijn om hem nog eens in een rol te zien die mijlenver verwijderd is van iron man. Ik hoop dat de man wegblijft uit de superheldenwereld – hij deed het daar heel goed in, maar ik wil hem meer in serieuze rollen zien waar we toch nog meer de verscheidenheid van zijn acteertalent kunnen zien. Florence Pugh is te weinig gebruikt, er zitten eigenlijk onnodig veel naaktscenes met haar in. Moest ze een grotere rol hebben had het niet zo opgevallen, maar nu viel het eigenlijk toch wel op en haalt je zelfs wat uit de film. Het is ook een te klein rolletje voor zo’n actrice, maar Nolan had zich daarvoor al op voorhand voor verontschuldigd. Pugh wou gewoon met Nolan werken, no matter wat.

Emily Blunt heeft dan de grotere vrouwenrol in de film, en zij is heel overtuigend in haar ondervraging. Matt Damon geloof je direct als de militair Leslie Groves. Verder zijn er nog bijna “cameo” rollen voor Kenneth Brannagh (Nolan’s nieuwe lucky charm nu Caine op pensioen is), en ook Rami Malek doet even mee. Alhoewel hij weinig op het scherm te zien is, is zijn rol in het verhaal vrij groot op het einde en snap je waarom hij gecast werd. Gary Oldman (bijna onherkenbaar) doet ook een paar minuten mee als president Truman. Maar een speciale vermelding wil ik toch aan Jason Clarke geven, die de rol van smerige ondervrager perfect speelt. Hij is een acteur die het verdient om zijn “Oppenheimer” film te krijgen.

Oppenheimer is een belevenis, die je moet gezien hebben. Het is voor ons een stukje geschiendenis dat iets minder bekend is, maar zeer boeiend is. Oppenheimer’s vrees was dat de atoombom nog gebruikt ging worden, met desastreuze gevolgen. Tot nu toe is het bij de twee uit de tweede wereldoorlog gebleven (in een oorlog toch tenmiste). Laten we hopen dat het daarbij blijft en dat Oppenheimer’s ziel zijn rust kan krijgen. Deze film moet je gezien hebben. (*****)

Niels Bohr: The power you are about to reveal will forever outlive the Nazis, and the world is not prepared.
J. Robert Oppenheimer: You can’t lift the stone without being ready for the snake that’s revealed.
Niels Bohr: We have to make the politicians understand, this isn’t a new weapon, it is a new world.

OSCARS 2023

Naar goede gewoonte bespreek ik hier ook even kort de Oscar beste film genomineerden.
Enkel Avatar 2 heb ik niet gezien en daar kan ik dus niet over oordelen (al heb ik de originele film wel gezien).

TRIANGLE OF SADNESS


Een film in drie delen, waarvan me eerst niet echt duidelijk was waarom het eerste deel nodig was en het de film een onnodig langere speelduur gaf. Als je er dan wat langer over nadenkt wat de regisseur eigenlijk wou aanklagen, dan kom je wel uit op kritiek op het het kapitalisme en de superrijken, die als de luxe hen ontnomen wordt, maar al te blij zijn dat er iemand van het in hun ogen “plebs” weet hoe je overleeft op een eiland. Maar de regisseur wil nog meer zeggen en misschien wel wat te veel – noem het maar op : schoonheidsidealen, racisme, geslachtsrollen, wapenhandel… en ik kan zo nog wel even door gaan. het komt allemaal aan bod. Dat neemt niet weg dat het middelste deel het beste deel is, en dat het ook zal herinnerd worden als een van de langste kotsscenes uit de film. Veel beter dan de bekende kotsscene uit die Monty Python film. Het leuke is ook dat je tegen dan zo genoeg hebt van die rijken, dat het gewoon goed aanvoelt om ze te zien proberen kotsend de wcpot vast te houden in een storm. Ik moest er heel hard mee lachen. Het laatste deel op het eiland weet na een tijdje niet echt meer wat te vertellen, had ik de indruk. Het deed ook wat aan Lost denken, en al is het einde van de film een open einde, toch is het bevredigender dan wat de makers van de serie er van gemaakt hebben.
Wat me ook wat stoorde is dat je in het begin denkt te weten wie de hoofdrolspelers zijn, maar dat je ze kwijt bent in het grootste deel van het tweede gedeelte. De film, hoe goed die ook is, was nog beter geweest als ze wat meer nog uit hun ogen hadden gefilmd. Want laat me duidelijk wezen : ik vond het wel een zalige film, ondanks de kritiekpuntjes die ik gaf. Woody Harrelson is brilliant en wordt hard gemist in het derde deel, een gemiste kans vind ik dat. Charlbi Dean, jammerlijk onverwacht gestorven net voor de film uitgebracht wordt aan bloedvergiftiging, is overtuigend als verwende influencer, en we kunnen alleen maar dromen over wat de toekomst voor haar gebracht zou hebben. Harris Dickinson (Carl) als haar partner is minstens even goed. Maar ook Alicia Eriksson (ook jammer dat ze niet op het eiland verschijnt) en Sunnyi Melles gaan er voor.
Een film die met een beetje bijschaven en iets meer focus nog beter had geweest en wie weet hadden ze dan wel een oscar kunnen verzilveren, maar het is nog altijd met zijn vier sterren meer dan waard om te bekijken. Hilarisch en tegelijkertijd een kritische blik op onze maatschappij. (****)

TOP GUN MAVERICK


De film die de cinema gered heeft! Het is duidelijk waarom – nostalgie zal er zeker wel een rol in gespeeld hebben. Want in zo’n sfeer zitten we wel momenteel, om op oude series van vroeger terug een vervolg te maken, of sequels op oudere films. Toegegeven, Tony Scott was er al langer mee bezig (en stierf jammer genoeg voordat gedraaid kon worden), en Tom Cruise heeft lang nee gezegd. De film doet wat het moet doen : Tom Cruise kruipt zonder problemen terug in zijn rol, de oude film wordt niet vergeten (zijn vriendin van toen wel), Val Kilmer mag meedoen ondanks het feit dat hij eigenlijk geen stem meer heeft, de vliegscenes zijn ongelooflijk, en Miles Teller lijkt wel een cloon van Goose uit de vorige film. Hij speelt dan ook zijn zoon. Waar de film misschien wel een beetje in faalt, is de missie zelf. Mijn 12-jarig zoontje zei zelf “dit lijkt wel op de eerste Star Wars film” en geef hem eens ongelijk? Als Tom dan ook nog eens neergeschoten wordt, nijgt het een beetje naar een Tom Cruise Mission Impossible film, zeker als hij dan loopt naar de neergeschoten Miles Teller. (Tom Cruise loopt zo graag in films dat ik deze keer toch even moest lachen). Op dat punt wordt de film redelijk ongeloofwaardig, maar who cares? Tom Cruise wint altijd, en toegegeven, het einde waarbij hij Miles Teller in de armen neemt, is ontroerend. Toen ik de strandscene zag, dacht ik even dat we terug in de originele film zaten. Maar ook dat was “fan pleasing”, en natuurlijk zien we Tom weer op zijn moto in zijn jacket rijden naast een opstijgende jet. Voorspelbaar? Ja. Amusant? Ja. Spannend? Een beetje. Oscarwaardig? Niet helemaal, naar hun normen. Ze hadden gerust wel de visual effects en misschien zelfs film editing mogen krijgen, maar screenplay dat snap ik helemaal niet dat daar een nominatie voor kwam. Ze behaalden het beeldje uiteindelijk wel voor sound. Als troost? (***)

WOMEN TALKING


Gebaseerd op min of meer een waar gebeurd verhaal in Bolivia, waar vrouwen van een communne besloten om weg te lopen. De vrouwen worden verkracht en als ze zwanger zijn is het een straf van hun onzedig gedrag. Als er dan toch ééntje de gevangenis in draait, gaan alle mannen samen borg betalen waardoor de vrouwen alleen achter blijven. De film toont dan de gesprekken die er zijn tussen de vrouwen over wat ze gaan doen : niets, blijven en vechten, of weglopen. De film is dus grotendeels een praatfilm, en dan valt of staat dat met de acteerprestaties en het feit dat je niet het gevoel hebt naar een toneelstuk te zitten kijken. Dat laatste lukt wel, op een paar scenes na, door de film lucht te geven en niet alles in de schuur te laten afspelen. Rooney Mara vond ik heel sterk, zeer overtuigend ook in wat ze zegt, en je smeekt gewoon dat de enige man in de film en de notulen neemt (Ben Whishaw) met hen meegaat. Ik vond dat gedeelte nog het meest pakkend van heel de film. Ook Claire Foy doet wat ze moet doen en op geen enkel moment zie je Queen Elisabeth in haar, gelukkig. Maar ook Jessie Buckley vond ik heel straf, daar gaan we nog meer van horen. Als je ze herkent, is dat waarschijnlijk van Fargo (seizoen 4) of van Chernobyl, of misschien van de Netflix film “The lost daughter”, waar ze genomineerd voor was met een Oscar en waar ze waarschijnlijk deze rol aan te danken heefT. Frances McDormand heeft zo’n kleine rol in de film dat je je afvraagt waarom… maar ze is ook producer.
Een film perfect gemaakt voor wat het wil tonen of zeggen. Niet voor iedereen denk ik, maar ik vond het toch wel intrigerend genoeg allemaal. Knap gedaan voor zo’n soort film! (****)

TAR


Cate Blanchett is TAR. Zonder twijfel is dit de acteerprestatie van het jaar (sorry, Michelle Yeoh). Je gelooft elk moment dat zij het gewoon is, dat we naar een soort van documentaire kijken die haar volgt (dat is, voor alle duidelijkheid, niet de opzet).
Maar jammer genoeg vond ik de film moeilijk te verteren. Het begint al met een interview van een kwartier met TAR, dat de film bijna dood doet. Er wordt over muziek en componisten gesproken en je krijgt wel een beeld van hoe goed TAR met zichzelf staat, maar het onderwerp had toch wel iets boeiender mogen zijn. Erger nog, ook al is het interview gedaan, dan nog heb je in de eerste drie kwartier soms iets van “waar zit ik naar te kijken, ik heb geen flauw benul waar ze het over heeft”. Sommige scenes zijn te lang ook al hebben ze een doel (zoals haar les waarbij ze iemand vernedert). En … hoeveel zien we TAR eigenlijk een orkest dirigeren? Belachelijk weinig, en ik moest heel lang nadenken over wat er bij mij knaagde, maar volgens mij is het dat.
Gelukkig wordt de film alsmaar beter naarmate de film vordert. Het is niet 100% duidelijk wat er gebeurt is in het verleden wat haar de das omdoet, en waardoor ze uiteindelijk gecanceled wordt. Het heeft iets met de zelfmoord te maken van iemand waar zij en haar secretaresse een aandeel in hadden. We zien ze steeds in een slechter daglicht komen en uiteindelijk begint ze te flippen en denkt ze dat alles nog goedkomt zolang ze maar kan dirigeren. Feit is, het einde zet haar terug met de voetjes op de grond, en het einde is subliem. Is het daarom een goede film? Niet volledig. Het is een lange film met, sorry voor de makers, een eerste drie kwartier die moet doorgekauwd worden als heel taai vlees en dat was nergens voor nodig. Jammer dus. Maar zeker het bekijken voor Cate Blanchett’s acteerprestatie. Geen oscars. (**)

EVERYTHING EVERYWHERE ALL AT ONCE


De titel zegt het direct – je moet er tegen kunnen dat alles tegelijk gebeurt overal. Er zullen wel mensen zijn die er hoofdpijn van krijgen bij momenten. Op een bepaald moment moet je het ook wat loslaten dat je niet 100% alles blijft snappen water gebeurt. Het is een rollercoaster die langzaam op gang komt, een tijd op leuke snelheid rijdt, dan toch bijna uit de bocht vliegt, maar dan toch nog op tijd remt naar het einde toe. Noem het de nieuwe matrix (maar minder gelikt) of het nieuwe multiverse (zonder superhelden). Het is een film die heel hard opvalt want… zoiets als dit heb je nog nooit gezien. Het is zowat alles: komedie, familiedrame, sci-fi, en bij momenten ook een actiefilm. Maar het moet gezegd worden dat er minder actie in zit als in The Matrix of in het MCU. En heb je ooit al eens mensen gezien hotdogvingers of een gevecht met dildo’s? Nee? Wel hier is uw kans, dames en heren. Maar knipper niet te veel met je ogen want het gaat alsmaar sneller en het kan overweldigend worden.
Is dat een probleem? Nee, want de film heeft een heel goed gedeelte waarin je hart heel goed mee kan volgen. De relatie tussen Evelyn (Michelle Yeoh), haar dochter, en haar echtgenoot (Ke Huy Qua aka Shortie uit The temple of Doom), zijn het hoofdthema van de film. Net daardoor is de combinatie met de rest van de film vrij uniek maar blijf je ook de personages volgen die echt niet van karton zijn. En dat is toch wel uniek in dit soort films. Ik ben heel blij met de oscars die de film behaald heeft, vooral voor Shortie! Michelle Yeoh maakt geschiedenis als eerste aziatische actrice die een oscar wint, maar zoals eerder gezegd vind ik dat Cate Blanchett toch wel straffer is. Beste film? Ja hoor, waarom niet. (****)

THE BANSHEES OF INISHERIN


Een simpel gegeven : vrienden die op een Iers eiland wonen dat niet erg bewoond is, maken een crisis door als één van hen twee zegt geen vriend meer te willen zijn. Hij geeft daarbij geen reden op. Uiteindelijk doet hij dat wel maar heeft het eigenlijk niets met de andere te maken. Omdat de ene er niets van begrijpt en contact met hem blijft zoeken, begint hij zijn vingers af te hakken… Ik was heel hard mee met deze film in deze interessante setting. De acteer-
prestaties ook zijn geweldig en ik had dan ook gedacht dat er toch wel een paar oscarwinnaars gingen bij zijn :Colin Farrell is subliem en wordt alleen maar beter naarmate hij ouder wordt, zijn zus (Kerry Condon) is ook heel overtuigend ook al heeft ze niet zoveel screentime, maar ook Barry Keoghan en Brendan Gleeson zijn schitterend. Wat een onrecht dat deze film totaal geen osars binnen halen, met zoveel nominaties.
De film is ook een cinematorische parel, die ontroerend grappig is bij momenten. Het heeft ook wel iets Coen Brothers achtig, en dat is zeker een compliment. Als ik dan toch een puntje van kritiek mag geven, dan denk ik dat het einde niet zo overtuigd. Je verwacht toch een soort van afronding en die krijg je niet echt. Had het niet veel mooier geweest, als de rollen waren omgedraaid en Brendan dus terug met hem wou afspreken in het cafe? En dat Colin dan zou antwoorden, ik weet niet of ik ga komen, en misschien niet meer met alle vingers intact. Het eindschot had dan Brendan kunnen zijn in het cafe die wacht… (****)

ELVIS


Als je nog geen fan bent van Elvis, dan wordt je het toch wel lichtelijk na deze film. En zelfs als je weet hoe Elvis er uit zag, dan ben je dat vrij snel vergeten en geloof je dat dit Elvis is. Zo goed speelt Aaron Butler de rol. Dat hij hievoor geen oscar krijgt, is toch wel lichtelijk schandalig, hoe zeer ik het ook Brendan Fraser gun, toen ik zag dat hij lichtelijk een paniekaanval kreeg tijdens zijn speech. Deze film was veel minder hektisch dan ik gevreesd had en geeft een volgens mij vrij goed beeld over Elvis zijn leven vanaf dat hij door de kolonel ontdekt werd. Want eigenlijk had de film “Elvis & the colonel” moeten heten of iets dergelijks. De film wordt verteld door de kolonel, en alhoewel die probeert om er goed uit te komen zien wij het tegenovergestelde van wat hij beweert, en komt hij er slecht uit. Tom Hanks speelt deze rol bijna onherkenbaar, maar als ik hem hoor praten denk ik toch “wow sprak die mens echt zo”? Ik vond het wat geforceerd over komen. Enfin, wat de kolonel betreft, er zal niemand treuren om hem te zien sterven op het einde van de film, maar Elvis daarentegen, alhoewel het gebeure op zich niet in beeld wordt gebracht, zien we hem zo goed als dood op een van zijn laatste concerten staan. Gelukkig is het niet waar de film om draait, maar wel om zijn comeback special van 1968, waar hij misschien voor de laatste keer echt nog eens zijn goesting mocht doen. Want goesting om zijn muziek nog eens te beluisteren, dat krijg je wel na deze film. So a little less conversation now, play his music! (****)

THE FABELMANS


Een film over jezelf, dat is gevaarlijk. Eigen lof stinkt immers. Het is iets dat enkel Spielberg nog goed zou kunnen doen, en kijk , hij doet dat fantastisch. Het is wel autobiografisch maar het draait eigenlijk minder om hem dan je denkt. Ok, we zien hem wel verilefd worden op de camera, en we zien hem zijn super 8 films draaien… maar het gaat nog meer over het gezin, waarin hij natuurlijk ook een rol speelt. Het is dan ook een simpel verhaal (mag ook wel eens na toch wel wat zwaarder beladen Spielbergs de laatste tijd). De jongen die Spielberg speelt – ik weet niet hoe hij het doet maar ik geloofde het direct dat hij Spielberg moest voorstellen. Seth Rogen, een beetje de spil van het verhaal, vond ik ook heel overtuigend en Paul Dano is altijd goed. Maar het is vooral de moeder, Michelle Williams, die de moeilijkste rol speelt maar ze doet dit voortreffelijk. De nostalgie druipt er verder af van deze film zonder dat het flets wordt, doe het maar eens. Dat kan enkel Spielberg volgens mij. Degene die een echt autobiografie dachten te zien, moet ik teleurstellen. De film eindigt waar het voor hem nog moet beginnen in de filmwereld, namelijk in een zalige ontmoeting met de legendarische westernregisseur John Ford (gespeeld door David Lynch). Een zalig einde. De rest kennen we, dus het siert Spielberg dat hij het vooral over zijn jeugd wou hebben en wat het gezin uit elkaar heeft gehaald. En daarmee heeft hij waarschijnlijk een van zijn traumas van zichzelf kunnen afschrijven. Straf dat het dan ook zo’n goede film is geworden. (*****)

IM WESTEN NICHT NEUES


Lucas D’hondt zal teleurgesteld zijn, maar verliezen van zo’n topfilm in de categorie “beste buitenlanse film” is geen schande. Voor de derde keer dat deze film gemaakt werd, waarvan de allereerste keer in 1930 de oscar beste film al gewonnen werd. Het is een herinterpretatie – de hoofdlijn wordt wel gevolgd maar de belevenissen zijn wat anders. Wat een absurde oorlog is dat toch geweest. Elke keer als ik een WO I film zie bedenk ik me dat, en dat was deze keer niet minder. In Oekraine zal het er niet veel anders aan toe gaan vrees ik, want daar is ook al maanden geen terreinwinst en wordt om een al kapot geschoten stadje gevochten alsof het van levensbelang is terwijl het maar om prestige gaat. Zo hard veranderd is de wereld niet.
De gevechtscenes zijn ongelooflijk in beeld gebracht, maar het zijn toch vooral de kleinere scenes die het langst bij blijven. Zoals wanneer Schuchs Kat een brief van zijn geliefde voor laat lezen ; de gezichtsuitdrukkingen veranderen constant aar gelang de emoties. Of de scene waarin hij een soldaat die hij net neergestoken heeft, dan toch probeert te redden, omdat hij terug de mens er in ziet in plaats van de vijand. Het einde laat niemand onberoert, en hopelijk hoor je de drie-tonen-onheilspellende-soundtrack niet meer als je in je bed ligt. Maar films zoals deze moeten blijven gemaakt worden, ook al heb je de meeste dingen misschien als wel eens gezien in een andere WO I film. En zoveel films zijn er ook niet die WO I uit het perspectief van de Duitsers verteld. Dat het deze keer ook door Duitsers gemaakt werd is uniek aan deze film tov de twee andere. Ze komen er zeker niet goed uit, maar de tijd dat de originele film door de nazi’s verboden werd, is gelukkig al lang voorbij. Voortreffelijk geacteerde film, die misschien weinig verrassingen laat zien, maar nodig is om de absurdheid van oorlog te blijven aantonen. Geen helden dus in dit verhaal, maar de regisseur mag zich van mij wel een held noemen. (*****)

Chariots of fire (1981)

Chariots of Fire, Original Vintage Film Poster| Original Poster ...

Wat vond de filmkijker er van?

Chariots of fire. Iedereen denkt dan aan de prachtige muziek van Vangelis, en ook nog aan lopers die door het ondiepe water lopen aan de zee. Iets wat prachtig geparodieerd werd door Rowan Atkinson’s Mr. Bean op de openingsceremonie van de olympische spelen in Londen.
Ik verwachtte dan ook dat die iconisce scene aan het einde of in het midden van de film zouen komen als een soort hoogtepunt. Maar de film begint er mee! Dat vond ik toch wel een beetje spijtig, ook al wordt de scene nog eens (effectiever) herhaald op het einde. Ook viel het me op dat de melodie wel dezelfde was maar dat het precies een “eerste versie” van Vangelis was die in de film voort kwam. Ook dat was dus een beetje teleurstellend…
De film zelf dan. COF kreeg een oscar voor beste film in 1981. Ian Holm kreeg een oscarnomatie, en het was zijn recente dood die me er toe bracht om de film te bekijken. Het is, moet ik zeggen, toch maar een doorsnee film waar ik veel meer had van verwacht. Ik verwachtte eigenlijk een soort van Rocky voor sprinters. Dat is het dus wel degelijk niet. Het gaat over twee renners, die om verschillende redenen de beste willen zijn. De ene omdat hij joods is (het antisemitisme was toen al voelbaar, al moest de 2de wereldoorlog nog komen), de andere omdat hij een hevige christen is en zo zijn boodschap gemakkelijker verkocht krijgt aan de wereld. Het probleem met de film is een beetje dat er geen echte strijd is tussen hen beide; ze lopen slechts één keer tegen elkaar en dat verliest de jood. Als op de OS in Antwerpen blijkt dat ze op een zondag moeten lopen, weigert de christen omdat het dan sabbat is, en daardoor wint de jood. De christen loopt een andere race (400m) op een andere dag en wint ook. End of story! Er is dus niet echt iets spannends aan. Het is natuurlijk wel waarheidsgetrouw want het is echt gebeurd, maar er is nooit echt een conflict of iets echt boeiends te zien. Soms blijkt het wel eens nodig te zijn om filmtechnische redenen iets te veranderen. Ian Holmes is de trainer die ongewenst is op de spelen omdat hij “professioneel” is en omdat de universiteit het “amateur” zijn wil behouden (zodat het lijkt alsof zij verantwoordelijk zijn voor de overwinning) moet hij dus uit zijn hotel toekijken hoe de britse vlag omhoog gaat. Dat is zowat de beste scene van de film. Oscarwaardig? Niet echt, maar qua acteren springt hij in deze matige film er toch wel uit.
Dit is geen slechte film, ergens zit er een keigoede film in dit verhaal, maar dit is het niet. Ik heb van de andere oscargenomineerde films enkel Raiders of the lost Arc gezien, maar die alleen al is veel meer waard om te winnen. De regisseur is ook genomineerd, wat ik ook niet snap, want er zijn scenes bij die wel heel saai in beeld zijn gebracht, met als klap op de vuurpijl een scene waarin de spreker voor lange tijd niet zichtbaar is omdat er iemand voor staat. Maar misschien vonden ze de slow motions die veel in de film voorkomen, veertig jaar geleden ongelooflijk knap, terwijl het nu al iets is dat zeker niet te lang mag duren voordat het begint te irriteren. Jammer, maar niet oscarwaardig in mijn ogen. (**)

Eric Liddell: You came to see a race today. To see someone win. It happened to be me. But I want you to do more than just watch a race. I want you to take part in it. I want to compare faith to running in a race. It’s hard. It requires concentration of will, energy of soul. You experience elation when the winner breaks the tape – especially if you’ve got a bet on it. But how long does that last? You go home. Maybe your dinner’s burnt. Maybe you haven’t got a job. So who am I to say, “Believe, have faith,” in the face of life’s realities? I would like to give you something more permanent, but I can only point the way. I have no formula for winning the race. Everyone runs in her own way, or his own way. And where does the power come from, to see the race to its end? 

The broadway melody (1929)

Wat vond de filmkijker er van?

Hoe bespreek je een film die al 90 jaar oud is? Dat was het eerste dat in me op kwam. Moest de film uit komen vandaag zoals hij nu is, zelfs met perfect beeld en klank, in kleur, dan zou ik zo’n film waarschijnlijk misschien één ster gunnen. Maar zoiets mag je niet doen. Je moet het zien uit historisch perspectief, zei ik tegen mezelf, met de ogen van toen en de oren die misschien voor het eerst ook klank bij de film konden horen. Dat en het feit dat het de eerste oscarwinnaar is voor beste film met geluid. (Er was nog maar één uitreiking geweest, en toen waren het nog stille films.)
Beetje met gemengd gevoel dus aan de film begonnen. Zou het twee uur van mijn leven worden waarin ik beter iets anders zou doen, of zou ik de film toch kunnen apprecieren? Wel, dat viel nog goed mee.
Natuurlijk zijn de acteerprestaties niet al te best. Vooral Anita Page, in haar eerste spreekrol, moest duidelijk nog leren hoe ze geloofwaardig dialogen moest uitspreken. Voordien moest ze enkel door gelaatsuitdrukkingen laten zien wat ze voelde, maar nu moet ze het ook met woorden doen en soms klinkt het heel afgelezen van een blad. Overigens, er zijn nog scenes waarbij de klank echt helemaal wegvalt (geen ruis zelfs, wat heel onnatuurlijk over komt nu), en dan lijkt het even terug een stille film. Er is trouwens ook een stille filmversie , want niet alle cinema’s konden toen al geluid aan en dan moesten er nog borden tussen met tekst (waar nog een heel klein beetje van overschiet, als er van setting gewisseld wordt.)
Bessie Love doet het veel beter; ze is duidelijk meer gewend om te acteren met geluid, en dat deed ze dan ook al lang op Broadway. Zij komt misschien wel het best uit de verf, is ook het best uitgewerkt qua karakter. De scene waarin ze weent bij de spiegel en dat ze beseft dat ze haar vriendin kwijt is aan haar beste vriend, vond ik eigenlijk best sterk, zelfs nu nog. Charles King doet het ook helemaal niet slecht, al hangt hij soms de iets te vrolijke jan uit. Hij heeft het niet gemaakt in de filmwereld, maar ook hij ging daarna terug verder in theater. Verder nog te vermelden zijn de stotterende nonkel (die stees een gemakkelijker woord neemt als hij er niet uit geraakt, of begint te fluiten). Dat was naar het schijnt toen heel grappig.
Het verhaal dan. In tegenstelling tot ik verwacht had gaan mensen niet zomaar ineens beginnen zingen (zoals in het recente Les Miserables, of zoals in Singin’ in the rain). Dat maakt dat de zingende nummers altijd een auditie, een test of een repititie zijn. Het begint een beetje met een kakofonie van liedjes door elkaar, alsof ze e mensen willen zeggen “let op mensen, je moet ook je oren gebruiken”. Maar dan zingt men voor het eerst “broadway melody” (nog drie keer zou het in de film voorkomen) en vanaf dan is het allemaal veel rustiger voor de oren. Verder gaat het verhaal eigenlijk over twee vrouwen die het willen maken in New York (Queenie en Eddie, ik verzin het niet) omdat ze denken dat ze kans maken (al moet ik toch eerlijk toegeven dat hun dansje zo achter elkaar samen helemaal niets voorstelt). Eddie alleen kan best wel dansen, maar Queenie bakt er niets van. Let maar eens op hoe Queenie ongemakkelijk wat opzij staat te bewegen terwijl Eddie er voor gaat. Enfin, Eddie wil via Hank proberen om binnen te geraken in de musicalwereld, en blijkbaar gingen ze trouwen. Maar dan ziet hij Queenie en is zijn hart alleen maar voor haar. Verrassend genoeg wordt dit nog vrij goed gespeeld en zie je dat Hank gescheurd is door zijn gevoelens. Niets theatraal of zo, wat ik toch wel verwacht had. Pluspunt dus! Queenie probeert dan nog eerst met iemand anders uit te gaan, maar die is blijkbaar niet goed voor haar (al zien we niets wat hierop zou duiden, maar iedereen zegt dat in de film, dus het zal wel zo zijn zeker?) De film heeft wel degelijk een happy end, maar de allerlaatste scene met Eddie in de auto leek me dan weer wel helemaal overbodig.
De musical nummers zelf dan. Dit is de film “that it all started”. Het komt nog niet aan de enkels van de musicals die MGM later zou produceren, maar de liedjes zijn leuk en de meeste klinken bekend omdat ze later opnieuw gebruikt zijn (oa in Singin’ in the rain, een van mijn favoriete films aller tijden). De choreografie is soms niet goed gescynct tussen de dansers – je ziet het amateurisme er af druipen. Maar al bij al, ik heb nergens moeten wegkijken van plaatsvervangende schaamte en ik heb ook nergens doorgespoeld. Ik heb zelfs een paar keer gelachen, oa toen er een spot bijna op een acteur werd gesmeten.
Tot slot nog een paar rare bemerkingen. Er was nog geen censuurcommissie toen, en dat zie je wel. De twee hoofdrolspelers zijn heel dikwijls bezig met uitkleden en aankleden. We zien zelfs één van de vrouwen in bad. We zien niets, maar we zien ze toch wel dikwijls met weinig aan. Dat zou vijf later, met de Hays code (een verzameling van regels die een film moest voldoen qua zedelijk gedrag), niet meer kunnen. Ook vind ik de relatie tussen beide vrouwen in het eerste half uur van de film … wel euh… laat ik het op speciaal houden. En zag dat nu goed dat ze elkaar een kus op de mond gaven op een bepaald moment? Wat me ook opviel, is dat de persoon die in staat voor de costuums, heel stereotiep iets gay-achtig heeft… toen al!
Al bij al, viel het dus heel goed mee, en ik kan het historisch perspectief zelf achterwege laten om de film best ok te vinden. Het moet toen wel een enorme schok gegeven hebben voor het publiek om klank en muziek en film tegelijk te kunnen beleven, een beetje zoals Avatar deed voor het 3D effect. Maar het viel me toch wel op dat de film vooral tijd geeft om de relaties tussen de verschillende karakters uit te werken, en dat het dus niet is van “we hebben wat goede liedjes en hoe kunnen we daar nu een verhaaltje rond brouwen”. Ik geef de film met het grootste plezier drie sterren, twee voor wat ik gezien heb, en eentje extra omdat ik een oogje dicht doe voor de gebreken die een 90-jarige film logischerwijze nu heeft, zoveel jaar later. (***)

Hank: Gee… you were a funny looking thing when I first saw you, with those gangly legs and freckles. But, you certainly turned out to be a beautiful girl!
Queenie Mahoney: Oh, I’ll go get some clothes on.

Schindler’s List (1993)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Na een lange pauze toch nog eens een filmbespreking. Allerlei oorzaken, maar het feit dat ik ook weer eens een heel goede film heb gezien gaf mij toch weer de goesting om er terug in te vliegen. Desbetreffende film is “Schindler’s List”, een film van Steven Spielberg in hetzelfde jaar dat hij Jurassic Park maakte… zijn topjaar dus. Lang geleden gezien, maar tijd om terug te zien nu.
En wat een overrompeling was het. Ik herinnerde me nog wel de meest besproken scene (het meisje in de rode jas, de enige kleur in de film als het zich tijdens de oorlogsjaren afspeelt), maar er waren toch nog wel een aantal andere zaken die me ook deden verbazen. Zo was ik vergeten dat er eigenlijk veel humor in zit, vooral in het eerste deel. Schindler die alle secretaresses test met hun typmachine maar oog heeft voor andere zaken, behalve als er een iets bazerige vrouw aan tafel komt zitten, is één van de best geregisseerde komediemomenten van Spielberg. Of hoe hij het vertrek afhandelt met zijn vrouw, als de portier haar niet als “mevrouw Schindler” aanspreekt. Zeer goed geschreven en in beeld gebracht, en toch wel gewaagd ook om dit te brengen in dit soort film, dat eigenlijk over de tragedie van de holocaust gaat. La vita é bella’s humor gaf me daar soms toch wat een raar gevoel bij, hoe ongeloofwaardig die film ook was. Dit is, gelukkig maar, een betere en serieuze film met ook beter acteerwerk.
Want laten we het daar even over hebben. Liam Neeson was nooit beter dan in deze film. Hij toont een evolutie in zijn karakter, en op het einde stuikt hij zelfs helemaal ineen als hij beseft dat hij er nog meer had kunnen redden. Sterk geacteerd want ook dit had gemakkelijk tenenkrullend slecht kunnen zijn. Hij was genomineerd voor een oscar maar verloor tegenover Tom Hanks in Philadelphia. Ben Kingsley is ook best goed, maar de tweede impressionante rol is toch voor Ralph Fiennes, die er een oscarnominatie voor kreeg als “supporting role”. Hij verloor tegenover Tommy Lee Jones in The Fugitive. Misschien was het wat moeilijk voor de Academy om een nazirol een oscar te geven. Ondertussen is het wel gebeurd met Christopher Waltz. Enfin, zowel The fugitive als Philadephia zijn goede films maar in mijn ogen toch wel van een ander kaliber dan Schindler’s List. Gelukkig won deze wel “beste film”. Terugkomend op Fiennes als nazi Goeth – ik vond hem zalig om bezig te zien, hij speelt dit zo goed dat je het haat dat je er van geniet. Laat me duidelijk wezen : van het acteren op zich en natuurlijk niet inhoudelijk gezien. Fiennes als bondvillain zou ik wel zien zitten maar hij speelt ondertussen al M, dus dat zal er niet meer van komen. Gemiste kans!
Schindler’s List zit in elk geval vol met indrukwekkende en onvergetelijke scènes. Het briljante scenario naar het boek van Thomas Keneally neemt het uitgangspunt van Schindler om de verschrikkelijke daden van de nazi’s te tonen. Dit gaat zeer ver, tot de gekke waanzin van de nazi’s op zich. Geschoten in zwart/wit door Janusz Kaminksi, die voor zijn camerawerk een Oscar won. Het had als doel een authentieke sfeer te creëeren en het werkt – het geeft de film extra kracht en zeggenschap mee, aangezien de meeste beelden uit die tijd ook niet in kleur waren. (Als je nu kleurbeelden ziet van de tweede wereldoorlog, lijkt het zelfs niet echt.)
Juis door een klein, persoonlijk verhaal te vertellen in hartverscheurende en schokkende beelden, is dit echt een monument van een film. Geen enkele andere film had de oscar verdient en echt iedereen zou deze film moeten zien, gevolgd door een bezoek aan Auschwitz. (*****)

Itzhak Stern: By law I have to tell you, sir, I’m a Jew.
Oskar Schindler: Well, I’m a German, so there we are.

Spotlight (2015)

spotlight-2015-directed-by-tom-mccarthy-movie-review2

Waarom bekeken? Genomineeerde “beste film” oscar, 6/8

Wat vond de filmkijker er van?
Spotlight is de afdeling bij The Boston Globe die zich maandenlang in een zaak verdiepen om er dan uiteindelijk uitgebreide artikels over te publiceren. Ze zijn eigenlijk
aan een andere zaak bezig wanneer hun baas op pensioen gaat. Zijn vervanger, ingetogen gespeeld door Liev Schreiber, wil dat ze het kindermisbruik van een priester verder uitdiepen omdat hij aanwijzingen heeft dat kardinaal Law het al wist maar er niets aan deed. Al vrij snel komen ze er achter dat het misbruik in Boston alleen al over 90 priesters gaat en dat de kerk ze na een korte afwezigheid in een andere parochie terug actief zet. Als ze uiteindelijk hun artikel publiceren, blijkt uit het aantal telefoontjes van andere slachtoffers dat het misbruik nog groter is dan vooreerst gedacht.
Dit is een notedop het verhaal maar net als All the president’s men wordt het verhaal boeiend verteld. Net zoals The big short is dit voornamelijk een babbelfilm, maar het verhaal wordt duidelijker verteld en de bekentenissen van de slachtoffers zijn zeer aangrijpend. Michael Keaton’s rol in deze film is zo anders dan in Birdman, dat je bijna zou denken dat het een ander acteur is. Hij is in elk geval back in the game, twee jaar na elkaar spelen in een film die genomineerd is voor beste film is zeer straf voor iemand die toch een beetje in de vergeethoek was geraakt. Samen met Keaton vond ik Ruffalo ook zeer sterk spelen. De clash tussen Keaton en Ruffalo op het einde, als Ruffalo al wil publiceren en Keaton niet, is een van de hoogtepunten van de film.
Dit is gebaseerd op ware gebeurtenissen en nadeel daar is dan weer van dat iedereen ondertussen wel weet wat het uiteindelijk resultaat was. Maar het is de weg ernaartoe dat verteld wordt, en dat is hetgeen dat de film boeiend maakt. Grappig genoeg wordt de kerk helemaal niet met de grond gelijk gemaakt. Ze concentreren zich voornamelijk op één kadinaal, en enkel in de eindgeneriek wordt getoond dat dit geen eenmalig iets was door de steden op te lijsten waar er nog dezelfde praktijken plaatsvonden. Wereldwijd wel te verstaan, en ook Belgie staat er natuurlijk tussen.
Spotlight maakt toch wel kans op het beeldje, want dit is het soort films waar de Academy wel van houdt : een acteursgroep die het beste van zichzelf laat zien over een gewichtig onderwerp, en die honderdduizend keer beter is dan The big short. Het is ook knap dat de film nergens te sentimenteel wordt en dat vooral het journalistenwerk in het licht wordt gezet. Dit soort werk wordt waarschijnlijk momenteel steeds minder en minder gedaan, omdat men meer naar sensatieberichten gaat, zonder zelfs de bronnen te controleren. Toch is dit soort journalistiek zeer belangrijk, en het is dan ook terecht dat deze vakkundig gemaakte film die tak terug onder de aandacht brengt.
Het zette me toch ook aan het denken dat het misbruik sterk aanwezig is bij de Kerk. Ik ben altijd van mening geweest dat het celibaat zo onnatuurlijk is, dat als zelfbevrediging geen oplossing biedt, er priesters toch geneigd zijn om hun seksuele gevoelens te uiten tov mensen die zich niet kunnen verdedigen, of zo in god geloven dat ze de priester niets kunnen weigeren, omdat ze hem daarmee personaliseren. Pedofilie komt natuurlijk in andere beroepen ook voor, en er zijn minstens even veel priesters die hun handen wel kunnen thuis houden, maar het is toch wel opvallend.
Absoluut een film die je moet gezien hebben want alhoewel dit zich afspeelt rond de eeuwwisseling, blijft dit onderwerp zeer relevant. Bravo voor het echte Spotlight team, dat terecht wel eens in de “spotlight” mag gezet worden. En bravo voor de makers, die er zo’n perfect gecaste film hebben van gemaakt met een ijzersterk scenario. (****)

Mike Rezendes: They knew and they let it happen! It could’ve been you, it could’ve been me, it could’ve been any of us.

An American in Paris (1951)

an-american-in-paris

Waarom bekeken? Oscar beste film!

Korte inhoud ?  De voormalige soldaat Jerry Mulligan, een veteraan uit WO II, probeert een carrière als kunstschilder op te bouwen in Parijs. Hij geraakt verliefd raakt op de jonge Française Lise Bouvier.

Wat vond filmkijker er van?

Singin’ in the rain staat heel hoog in mijn lijstje van favoriete films. Het wordt ook beschouwd als een van de beste MGM musicals uit die periode, maar toch kreeg deze film geen enkele oscar. Daar was maar 1 reden voor: het jaar voordien had An American in Paris 6 oscars gewonnen, waaronder beste film. Twee jaar na elkaar een musical
oscars toekennen was blijkbaar not done. Maar het moet ook gezegd worden dat Singin’ in the rain in eerste instantie niet zo’n kassucces was, dat kwam pas later. Maar Singin’ in the rain staat wel in de imdb top 250 op de 91ste plaats, en deze film komt er zelfs niet in voor.
Het verhaal van An American in Paris wordt al voor de helft verteld in de titel. De andere helft is het oudste verhaal in de wereld : Jerry (Gene Kelly) wordt verliefd op Lise (Leslie Caron), maar dit is zonder dat hij dat weet de verloofde van Henri Baurel (Georges Guetary). Kiest Leslie voor Henri of voor Jerry?
Er is natuurlijk een pak minder te vertellen dan in Singin’ in the rain. Er zit dan ook veel muziek in de film, allemaal aan de hand van George Gershwin. De titeltune is zeker catchy (en dateert al van 1928, Gershwin stierf immers in 1937), en ook ’s Wonderful en natuurlijk I got rythm zijn leuk om te horen. Maar ze vallen toch magerder
uit vind ik dan de liedjes uit Singin’ in the rain. Liedjes als “all I do is dream of you”, “Make ‘em laugh”, “Good morning” of “Moses supposes” catchier dan de meeste liedjes hier. I got rhytm (Gene met de kinderen) en Dance in the mirror, waarin Caron verschillende gemoedstoestanden in verschillende dansen toont in steeds verschillende kledij, zijn de beste uit de film. Die laatste geraakte bijna niet door de censuur; zelfs nu viel de dans met de stoel en opengesperde benen me op – het liet weinig aan de verbeelding over. Overiges, was dit een een scene die Gene Kelly zelf alleen regisseerde, maar kreeg er geen credit voor. Dit zou voor Singin’ in the Rain wel het geval zijn.
Misschien komt het ook omdat Singin’ in the rain meer een komedie is, terwijl dit een romantisch verhaaltje is. De songs hebben ook iets minder met het verhaal te maken en er zitten zelfs twee liedjes in die echt helemaal los staan van de rest (Adam’s  pianoconcert en Henri’s optreden op de trap). Ik moet ook toegeven dat ik meer een fan ben van tapdansen  dan van modern dansballet, en het is dat laatste dat meer de overhand haalt in deze film. I got rhytm en Tra-La-la bevat wat tapdans, en bevallen me daarom het beste. Maar ik moet toegeven dat de laatste 16 minuten ballet van de film indrukwekkend zijn . Dat moet voor die tijd nog nooit gezien zijn, en zal nu, 65 jaar later, niet meer de impact geven dat het toen had. Toch is het duidelijk dat deze lange dansscene de oscar naar zich toe heeft gehaald: Kelly’s dansen en de prachtige choreografie, de knappe
sets, de prachtige schilderijen op de achtergrond, de opzwepende muziek… Er wordt in de laatste twintig minuten niet meer gesproken in de film, en misschien is het einde na de balletfinale wel heel cliche en wat ongeloofwaardig, toch is het effectief.
Gene Kelly is minstens even goed als in Singin’. Hij laat hier meer van zijn danskunsten zien en ik was dan ook verrast om hem een andere stijl te zien dansen. Hoe hij in het begin van de film zijn kleine kamer omtovert van slaapkamer naar woonkamer, in volgens mij 1 take, zal veel repeteren nodig gehad hebben.
Lesie Caron danst prachtig vloeiend samen met Gene, maar kan niet overtuigen als schoonheid waarop Gene als bij
donderslag verlief wordt. Geef mij maar Debbie Reynolds, maar zij danste dan wel weer iets minder goed. Oscar Levant als pianist Adam Cook komt me nogal saai over, maar in de scene in het cafe waar hij als enige van de drie door heeft dat de ene met de verloofde van de andere is aan het aanpappen, doet hij het zenuwachtig spelen wonderljk goed. Nina Foch overtuigt ook als Milo, alleen jammer dat haar verhaal totaal niet afgesloten wordt.   Er is een scene op de montagevloer blijven liggen die na de lange balletscene moest komen, tussen de pianist en Milo.
Eindvraag is : is dit een oscar beste film waard? Moest A Streetcar named desire niet winnen? Ik vind dit een moeilijke keuze. Het zijn qua genre compleet verschillende films, zeker omdat een van de twee een musical is. Voor mij persoonlijk had deze gepasseerd mogen worden om het jaar daarna Singin’ in the rain die eer te geven. Ik blijf
er bij dat het op alle vlakke een superieure film is, maar dat kom men het jaar voordien natuurlijk niet weten. An American in Paris bezwijkt een beetje door het zwakke verhaal, maar het blijft zeker technisch gezien een prachtige musical met een Gene Kelly in topform. En het was het succes van deze film dat Singin’ in the rain
mogelijk maakte. Ik zie dit dan ook als een aangenaam opwarmertje. (***)

Jerry Mulligan: What gets me is, I don’t know anything about her. We manage to be together for a few moments and then off she goes. Sometimes we have a wonderful time together and other times it’s no fun at all. But I got to be with her.

&nbsp

The apartment (1960)

The Apartment US Half Sheet Linen-backed

Waarom bekeken? Oscar beste film 1960

Korte inhoud ? Bud Baxter leent zijn appartement uit aan zijn bazen op het werk in de hoop dat hij daardoor promotie krijgt.

Wat vond filmkijker er van?
The apartment wordt beschouwd als een van de laatste grote en meer realistische films van Billy Wilder. En alhoewel de film uiteindelijk 5 oscars kreeg waaronder BESTE FILM van 1960, is hij onterecht toch wel wat in de vergetelheid geraakt. Volledig onterecht!
Al van in het begin merk je de frisse stijl die de film uitstraalt. Ok, het begint met een voiceover, wat tegenwoordig al wenkbrauwen doet fronsen, maar de manier waarop Jack Lemmon de toon inzet maakt veel goed. Hij had gerust een oscar mogen krijgen voor zijn rol als Baxter, maar geen van de genomineerde akteerprestaties (dus ook niet van Shirley MacLaine of van de dokter) werd verzilverd.

Er wordt wel eens geopperd dat Jack Lemmon aan overacting deed (en ook Wilder moest zijn acteur soms wat intomen naar het schijnt). Er is wel iets voor te zeggen, maar in welke komedie met bijvoorbeeld Jim Carrey) gebeurt er wel eens geen overacting? Ik vind het best nog meevallen. Veel belangrijker vind ik dat je toch wel kompassie krijgt met Baxter. En in de meer serieuze gedeelten van de film – wanneer het leven van Kubelik in gevaar is door een overdosis aan slaappillen – zet Lemmon duidelijk de knop om, zonder dat het stoort of dat het overkomt dat je naar een ander personage aan het kijken bent. Dat op zich vind ik al een ongelooflijke prestatie. Ook Shirley Maclaine (toch niet echt een van mijn favoriete actrices normaal gezien) verovert met haar onschuldig schattig gezichtje volledig mijn hart in deze film. Wat natuurlijk de film alleen maar ten goede komt – een beetje verliefdheid op een personage en het feit dat de camera haar heel goed in beeld brengt, maakt de tragedie des te groter als het minder goed met haar gaat.  Fred MacMurray – in wat gezegd wordt zijn laatste rol waar hij echt nog moest acteren – was een onwaarschijnlijke keuze van Wilder. Hij was vooral bekend in de jaren 40 en 50 en alhoewel hij een van de meest miskende acteurs was van zijn generatie, kende het publiek hem de laatste tijd toch enkel van Disney kinderfilms. MacMurray besefte blijkbaar dat hier eindelijk nog eens een uitdaging lag voor hem, en haalt het onderste uit de kan. Maar ook de rest van de cast is bijzonder goed, zoals de dokter-buurman die ook een oscarnominatie in de wacht sleepte.
Billy Wilder slaagt er in om een romantische komedie te maken zonder terug te vallen op sentimentaliteit, maar wel door elementen die voor die tijd toch wel heel gewaagd moeten zijn om te verfilmen. Zo gaat het hier heel duidelijk over overspel – al valt het woord seks nooit en zien we ook niets dat die richting uitwijst dat er met elkaar naar bed wordt gegaan. Wilder heeft dan ook vele jaren moeten wachten voor hij het scenario mocht verfilmen, voor de tijd rijp was als het ware. Maar ook elementen zoals carrierelust (wat Baxter uiteindelijk drijft om zijn appartement uit te lenen), en zelfs pogingen tot zelfmoord (zonder het in het absurde te trekken) zijn toch wel heel ongewoon voor een komedie. Ik denk dan ook dat de manier waarop Wilder die onderwerpen toonbaar kon maken in een komedie gemaakt heeft dat de oscar beste film uitgereikt werd. Komedies worden immers zelden bekroond met een oscar. Probeer maar eens 5 komedies op te noemen die een oscar gekregen hebben… Wat ook wel vermoedelijk meespeelde was het feit dat de andere genomineerde films vrij onbekend zijn, enkel “The Alamo” met John Wayne (ook als regisseur) als Davy Crockett is nog wat bekend maar was geen success in de zalen. Het is ook onbegrijpelijk dat films zoals Spartacus of Psycho geen beste film nominatie kregen.

Ook de art direction is sterk in deze film. De eindeloze rij van bureau’s op de werkplek van Baxter zullen bij iedereen nog lang in het geheugen gegrifd zijn. Terecht werd er een oscar voor uitgereikt. Ook het appartement zelf komt helemaal niet over dat het een studio was – het lijkt een echt, ademend appartement en dat is heel straf voor een film waarin veel scenes zich daarin afspelen. Nooit krijgen we in deze film het gevoel dat het een verfilmd toneelstuk zou zijn. En ik weet niet waarom, maar ik denk dat de film in kleur minder zou zijn overgekomen dan in zwart-wit. Soms heeft het toch wel echt iets…
Ook over het script kunnen we enkel lovende woorden uitspreken. Dit werd geschreven door Wilder zelf en zijn vaste co-scenarist. Elke scene in de film heeft een doel, ik kan me niet inbeelden dat er iets zou in weggeknipt kunnen worden – dat ondanks de speelduur van twee uur. Er zitten ook zinnen in waarover duidelijk nagedacht is en die je telkens weer een glimlach op het gezicht doen toveren. En dan heb ik niet over de “wise” zinspelingen die op zich al ongelooflijk goed gevonden zijn.
De film is, terwijk ik dit schrijf, 55 jaar oud. Is daar iets van te merken? Wel, het is in zwart-wit, en misschien dat de eindscene waarin Maclaine wegloopt van MacMurray en naar het appartement rent, er qua bijhorende muziek “iets over” is, maar de filmmuziek was nu eenmaal in die tijd zo. Merk ook op dat Lemmon en MacLaine mekaar niet kussen op het einde van de film, maar een kaartspelletje gaan spelen! Dat moet toch ook baanbrekend geweest zijn voor toen – ik had een kus en een THE END verwacht, wat teleurstellend maar begrijpelijk voor toen geweest zou zijn. Nee, de film heeft ondanks zijn ouderdom echt niets verloren van frisheid dat het toen moet gebracht hebben. Moest je de film nog nooit gezien hebben, zeker doen! (*****)

J.D. Sheldrake: Ya know, you see a girl a couple of times a week, just for laughs, and right away they think you’re gonna divorce your wife. Now I ask you, is that fair?
aC.C. Baxter: No, sir, it’s very unfair… Especially to your wife.

Birdman (2014)

birdman_ver4-birdman-poster-4
Waarom bekeken? 
Genomineerd voor oscar beste film 2015; 5/8

Korte inhoud ? Een acteur is beroemd geworden in een superhelden filmtrilogie Birdman , maar geraakte daarna in de vergetelheid. Hij probeert nu een Broadway theaterstuk op te zetten.

Wat vond filmkijker er van? Om maar direct met de deur in huis te vallen : Birdman is een tour de force van de regisseur Iñárritu. Heel de film lijkt in 1 take te zijn opgenomen. Dat is natuurlijk niet het geval, maar het lijkt zo. In ieder geval heeft de editor waarschijnlijk niet veel werk gehad. De film speelt zich af over meerdere dagen, dus het is ook wel duidelijk dat het niet 1 take is geweest. Er is echter maar 1 keer dat het overduidelijk is – op een bepaald moment gaan we van dag naar nacht terwijl de camera gericht blijft op een zelfde punt buiten op straat. Maar zelfs daar kan je argumenteren dat er geen cut is en dat de camera gewoon altijd blijven draaien is en dat we het enkel versneld zien gebeuren. Heel straf dus. Het is pas later in de film dat je probeert de cuts te zoeken, en ze zijn er wel degelijk – bv als het heel even donker is omdat het personage door een deur stapt en de camera hem volgt. Maar het blijven toch cuts van soms wel twintig minuten. Ik heb ergens gelezen dat er heel veel gerepeteerd is maar dat de opnames zelf niet zo lang geduurd hebben. Er werd ook een telling bijgehouden wie een cut uiteindelijk verknoeide en ze opnieuw moesten beginnen. Naar het schijnt was Emma Stone meestal de boosdoener.

Zo’n lange cut bekijken kan vermoeiend worden, maar raar genoeg slagen ze hier in om toch genoeg variatie er in te steken. Grotendeels is dit immers een babbelfilm, met momenten zelfs letterlijk een toneelfilm, met slechts 1 fantasiecene waar wat actie in zit. De film kan dan alleen maar rechtgehouden worden door sterke acteurs en actrices. En ook daar is het een tour de force van een akteur die we veel te weinig op het grote scherm hebben gezien de laatste tijd : Michael Keaton.
Net als het hoofdpersonage in de film was Michael Keaton ooit DE batman in de eerste twee Batman films van Tim Burton. Alhoewel kan geopperd worden dat de hoofdrol in die films eerder aan de booswicht gegeven werd (Jack Nicholson als Joker en Danny De Vito als Pinguin), bracht hij het er goed van af, zeker als hij het batkostuum niet aan had (dus als Bruce Wayne). Zijn opvolgers (Val Kilmer en George Clooney) hebben de batmanfranchise voor lange periode ten val gebracht, tot Nolan het terug nieuw leven in blies in 2005 met Batman begins (en deed alsof er nog nooit een Batman film geweest was). Keaton kreeg de rol wel aangeboden voor een derde film door Schumacher, maar koos ervoor om deze te weigeren vanwege het slechte script en ook omdat geen vertrouwen in de regisseur.
Na Batman returns geraakte Michael Keaton, net zoals het personage in Birdman, in de vergetelheid, waar zelfs een oppikking door Tarantino voor Jackie Brown jammer genoeg weinig aan kon veranderen. In een interview met Keaton las ik dat hij terug Batman zou spelen moest Burton er terug eentje maken. Maar dat zal denkelijk niet gebeuren omdat Affleck nu de rol heeft, en Keaton toch wel wat te oud is geworden voor die rol. Maar het is duidelijk dat hij toch nog altijd een beetje met weemoed terugdenkt aan die rol. En ook dat heeft hij met Riggan gemeen, zij dat Riggan het misschien in nog meer overtreffende trap aanvoelt. Ik zie Keaton nog niet direct denken dat hij echt Batman is. Maar daardoor is Keaton wel perfect voor de rol – want net als Riggan die een tour de force wil doen met zijn toneelstuk, doet Keaton het met deze film. Ik ben heel blij dat hij genomineerd is voor deze rol want hij zet Riggan echt keigoed neer en en ik denk ook dat hij alleen zo in zijn onderbrook in New York kan rondlopen 😉
Er zijn nog gelijkenissen te vinden met het echte acteursleven. Ed Norton staat er voor bekend om moeilijk op de set te zijn, of het nu waar is of niet, en hij heeft ook zijn rol als The Hulk niet hernomen, al zou hij er veel mee verdiend hebben, gezien de populariteit van The Avengers tegenwoordig. Ook hier zet hij een personage neer die moeilijk doet tegen Riggan en heel zelfverwaand overkomt. Toch zijn veel van de beste scenes met hem : het gevecht met Riggan, het losbarsten in woede tijdens een toneelscene, de eerste repetitie, en de conversaties met Emma Stone op het dak zijn heel sterk. In het laatste half uur verdwijnt hij een beetje uit de film, maar we missen hem niet omdat Keaton vanaf dan echt terecht volledig het spotlicht op hem gericht krijgt. Ook Emma Stone doet het goed als dochter van Riggan. Naomi Watts heeft dan weer een lesbische scene die heel hard doet denken aan Mulholland Drive. Voor de rest heeft dit ook totaal geen meerwaarde in de film dus het is er volgens mij echt voor gedaan om ook voor haar een link te leggen naar de echte actrice achter het personage dat ze speelt.
Er wordt trouwens ook een loopje genomen met The Avengers. Als de oorspronkelijke acteur gewond geraakt en een vervanger moet gezocht worden (wat uiteindelijk Ed Norton zal worden), wordt er serieus gesneerd naar alle acteurs die tegenwoordig een cape dragen. Jeremy Renner , “die van The Hurt Locker”, krijgt een extra verwijt maar het is duidelijk dat Riggan niet om kan dat hij geen superhero meer is.
De film vraagt wel wat inspanning maar dit is echt een meesterwerk. Een minpuntje van kritiek is de soundtrack – er wordt, net zoals in Whiplash, heel wat in gedrumt maar het begon me te irriteren. Ik vond het improviserend drummen me soms uit de film halen.
Deze film moet je gezien hebben, zeker al\s filmfan.
En welkom terug, Michael Keaton. We hebben je gemist – blijf nu bij ons ! (*****)

Gabriel: Are you at all afraid that people will say you’re doing this play to battle the impression that you’re a washed up superhero…?
Riggan: No, absolutely not. Absolutely not. That’s why 20 years ago I said no to Birdman 4.

Platoon (1986)

05-Platoon-Movie-Poster

Waarom bekeken? Oscar beste film & Oliver Stone

Korte inhoud?  Chris Taylor gaat vrijwillig naar de Vietnam oorlog en wordt al gauw ontnuchterd van zijn idealen.

Wat vond de filmkijker er van ?
Platoon is DE doorbraakfilm van Oliver Stone, waar hij zelfs de oscar beste film mee won. En dat is toch wel opmerkelijk voor een oorlogsfilm en zeker als het over Vietnam gaat, wat toch nog altijd een stukje pijnlijke geschiedenis is voor de US. Wat maakt deze film dan toch zo goed dat hij het begeerde filmbeeldje in de wacht kon slepen?
Het feit dat Oliver Stone zelf tour of duty achter de rug had is een niet te onderschatten faktor. Hij schreef het script eigenlijk al vlak nadat hij van de oorlog terug kwam in 1968. Ik denk niet dat er ook maar iemand was die dan ook kon zeggen dat de film niet realistisch of zelfs overdreven was. Het zelfde kan misschien gezegd worden van Apocalypse Now, maar terwijl daar de nadruk nog meer ligt op de absurditeit van deze oorlog, moeten we toch ook toegeven dat het gebaseerd is op Heart of Darkness, een boek geschreven in 1899 en dat zich eigenlijk afspeelde in Afrika, en het eigenlijk gaat over het terugbrengen van een kolonel die de stoppen verloren heeft. Het voelt, vooral naar het einde toe, toch nog meer aan als een werk van fictie dan Platoon. Platoon was de eerste film die geschreven en geregisseerd werd door een Vietnam veteraan, en het was dan ook de bedoeling van Stone om tegenwerk te geven aan de manier waarop bijvoorbeeld John Wayne de vietnam oorlog benaderde eind jaren zestig. Alhoewel er in Platoon ook wel voorbeelden worden gegeven van mensen die toch wel lichtelijk de draad verloren zijn geraakt in Vietnam, zien we hier meer hoe het is om te arriveren in Vietnam als soldaat, wat toch wel oneindig veel interessanter is dan een of andere gekke kolonel gespeeld door Marlon Brando. Stone weet dan ook perfect de sfeer en de spanning tijdens patrouilles weer te geven, en ook zijn cinematografie is bij momenten toch wel heel adembenemend. Het bekendst is natuurlijk de slow motion dood van Willem Dafoe, maar even knap is de nachtelijke patrouille waarbij Charlie Sheen wacht moet staan en dat hij vijandelijke beweging opmerkt terwijl hij aangevallen wordt door muggen en eigenlijk in slaap gevallen was. Of de allerlaatste scene, als hij naar huis mag. Het zijn er te veel om op te noemen, Stone was hier toch wel op het hoogtepunt van zijn kunnen. De film is ook een mooi afgerond geheel, en ik denk ook dat er geen betere film is die je een idee kan geven hoe Vietnam geweest moet zijn. Als je dan ook nog de twee andere films bekijkt van Stone’s drieluik (Born on the 4th of July en Heaven & Earth), dan heb je wel een mooi totaalbeeld denk ik.
Heel het platoon lijkt ook echt te zijn. Alle acteurs hebben een zwaar bootcamp moeten doorstaan, dus op het moment dat ze begonnen te filmen, waren ze al een platoon. En dat toont zich ook. Charlie Sheen was nooit beter (zelfs niet in Wall Street), ook al wordt hij soms misschien van het scherm gespeeld door zijn collega’s. Tom Berenger’s rol was heel gemakkelijk om in overacting te spelen, maar dit is zeker niet het geval, zelfs niet met zijn opvallende littekens in zijn gezicht. Ook geen kwaad woord over Willem Dafoe, die er terecht een oscarnominatie voor kreeg. Maar ook kleinere rollen worden goed ingevuld : John C McQuinley (die vaste waarde wordt voor Stone) is de perfecte bange soldaat, Francesco Quinn (de zoon van Anthony Quinn) de perfecte stoere gast. Toen nog vrij onbekende namen Keith David (niet David Keith!), Johnny Depp, Forest Whitaker en Kevin Dillon maken de cast met de grootste rollen compleet. De meenste rollen zijn ook niet 100% goed of 100% kwaad en daardoor valt het zeker niet in stereotiepen. En Oliver Stone mag zelf ook even meedoen voor enkele seconden, tot hij opgeblazen wordt tenminste.
De muziek die je hoort tijdens de film is gebaseerd op Adagio for Strings van Samuel Barber, en als ik dan toch een puntje van kritiek kan uiten op deze film, is dat hij het net iets te veel gebruikt. Oorpspronkelijk was er een score van Georges Delerue, die ook de muziek maakte voor zijn vorige film Salvador. Maar nadat hij meerdere malen had geprobeerd om iets soortelijks als het adagio te maken, werd beslist om gewoon die originele tune te gebruiken. Verder zit de film vol amerikaanse muziek van die periode, iets wat het authentieker maakt, en waar de tv reeks “tour of duty” zeker leentje-buur heeft gedaan.
De film is, zoals vele van Stone’s films, een aanklacht tegen het beleid van amerika. Toch worden van beide zijdes gruweldaden getoond, en ook het racisme naar de negersoldaten toe komt aan bod. En zo blijft Platoon ook brandend actueel en relevant. Een meesterwerk. (*****)

 

Sgt. Elias: Barnes believes in what he’s doing.
Chris Taylor: And you? Do you believe?
Sgt. Elias: In ’65, yeah. Now, no. What happened today is just the beginning. We’re gonna lose this war.